Tijdelijk overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo)
Door het coronavirus derven veel zelfstandige ondernemers, onder wie zzp’ers, inkomsten. Het kabinet ondersteunt hen met een tijdelijke regeling (Tozo), vooralsnog tot 1 juni 2020. Deze regeling voor zelfstandige ondernemers met financiële problemen wordt uitgevoerd door gemeenten.
Update 29-04-2020: De Tozo is op de volgende twee punten verruimd.
- Zelfstandigen in grensoverschrijdende situaties
Een zelfstandige die in Nederland woont en een bedrijf in een andere EU-lidstaat heeft kan bijstand voor levensonderhoud krijgen op grond van de Tozo. Deze zelfstandige is ten aanzien van financiële ondersteuning voor het bedrijf aangewezen op de regeling van het land waar het bedrijf gevestigd is.Andersom wordt geregeld dat de zelfstandige die in een andere EU-lidstaat woont en een bedrijf in Nederland heeft bijstand ter voorziening in de behoefte aan bedrijfskapitaal kan krijgen. Deze zelfstandige is voor levensonderhoud aangewezen op de sociale bijstand in zijn woonland. Uiteraard geldt dat de zelfstandige ook aan de overige voorwaarden voor de Tozo moet voldoen. - AOW-gerechtigde zelfstandigen
De doelgroep van de Tozo voor bedrijfskapitaal wordt uitgebreid met zelfstandig ondernemers met de AOW-gerechtigde leeftijd. AOW-gerechtigden hebben echter nog steeds geen recht op bijstand voor levensonderhoud.
De tijdelijke overbruggingsregeling (TOZO kent twee vormen:
1. Maximaal drie maanden inkomensondersteuning tot aan het sociaal minimum;
2. Een lening voor bedrijfskapitaal.
De regeling bedraagt maximaal € 1.500,31 netto per maand. De regeling is gebaseerd op de al bestaande BBZ (Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen), maar wordt sneller behandeld en verstrekt.
Deze voorziening heeft tijdelijk soepele voorwaarden:
De inkomensondersteuning voor levensonderhoud hoeft bijvoorbeeld later niet te worden terugbetaald. Daarnaast kan een lening voor bedrijfskapitaal worden aangevraagd.
De TOZO geldt vooralsnog voor 3 maanden, tot 1 juni 2020 en wordt uitgevoerd door de gemeente waar de ondernemer woont. De regeling werkt terug tot 1 maart 2020. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkt de regeling verder uit met o.a. de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.
Deze tijdelijke regeling bevat de volgende elementen:
– de toets op levensvatbaarheid die het Bbz kent, wordt niet toegepast, waardoor een snelle behandeling van aanvragen mogelijk is;
– daarmee wordt binnen 4 weken voor een periode van maximaal 3 maanden inkomensondersteuning voor levensonderhoud verstrekt. Nu kan dat 13 weken duren. Daarbij kan er met voorschotten worden gewerkt;
-de hoogte van de inkomensondersteuning is afhankelijk van het inkomen en de huishoudsituatie maximaal 1.503,31 euro per maand (netto);
– deze versnelde procedure geldt ook voor aanvragen voor een lening voor bedrijfskapitaal tot maximaal 10.157 euro;
– de inkomensondersteuning voor levensonderhoud wordt ‘om niet’ verstrekt; de ondernemer weet dus zeker dat deze niet later terugbetaald hoeft te worden.
– er is in deze tijdelijke regeling geen sprake van een vermogens- of partnertoets;
– bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal wordt een mogelijkheid tot uitstel van de aflossingsverplichting opgenomen;
– bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal zal een lager rentepercentage dan nu in het Bbz geldt worden gehanteerd.
Voor wie geldt deze nieuwe regeling Tozo?
De extra tijdelijke ondersteuning voor gevestigde ondernemers is gemaakt voor zelfstandig ondernemers die in de knel komen door de coronacrisis. Voor hen heeft het kabinet financiële ondersteuning beschikbaar gesteld. Het kabinet doet een moreel appel op ondernemers om zich alleen in die situatie te melden. Zo voorkomen we onbedoeld gebruik van publieke middelen en onnodige druk op de uitvoering.
Meer specifiek gelden de volgende eisen:
- gevestigde zelfstandigen, vanaf 18 jaar tot de pensioengerechtigde leeftijd;
- woonachtig en rechtmatig verblijvend in Nederland;
- Nederlander of daarmee gelijkgesteld;
- het bedrijf of zelfstandig beroep wordt in Nederland uitgeoefend;
- voldoet aan wettelijke vereisten voor de uitoefening van het eigen bedrijf, waaronder ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
- is vóór 1 januari 2020 gestart met de onderneming en voldoet aan het urencriterium, dat wil zeggen minimaal 1.225 uur per jaar werkzaam in het eigen bedrijf of zelfstandig beroep;
- woonachtig in de gemeente, waar aanvullende inkomensondersteuning wordt aangevraagd.